Blog
Naar nieuwe normen voor informatievaardigheid
Dit stuk bevat updates tussen vierkante haken: [].
[20150209: de nieuwe normen heten in de final draft: Framework for Information Literacy for Higher Education]Sinds jaar en dag baseren veel instellingen of bibliotheken van die instellingen hun onderwijs op het gebied van informatievaardigheid impliciet of expliciet op de normen zoals in 2000 vastgelegd door de ACRL, of de Nederlandse vertaling en interpretatie daarvan vastgelegd in de LOOWI-normen uit 2009.
De wetenschappelijke informatievorziening en wetenschappelijke communicatie verandert echter snel:
- Informatie is van schaarste naar overvloed gegaan (meer publicaties, meer soorten publicaties, meer soorten dragers/media, meer soorten informatie makkleijk beschikbaar, bv. code, data, beeld)
- ‘Informatievaardig’ betekent tegenwoordig ook dat iemand digitaal, visueel en mediavaardig moet zijn
- De student is niet alleen meer consument, maar ook aanbieder (en beheerder) van informatie
- Spelers van buiten de universiteit spelen ook een rol (denk aan de facto ‘standaarden’ van Google, Dropbox of Figshare of aan door maatschappij afgedwongen extra aandacht voor publicatie-ethiek)
- Toenemende invloed van ICT-mogelijkheden (denk aan snellere publicatie, Open Access publicatie, delen van data, identifiers, (alt)metrics, social media etc.)
Het is dan ook goed dat twee jaar geleden, na de duizenden publicaties over al deze veranderingen de ACRL besloten heeft tot een update. Wereldwijd wordt dat proces en vooral de uitkomst ervan gevolgd door informatiespecialisten (in Nederland bijvoorbeeld ook vrij nauwgezet door Anneke Dirkx op haar blog. Het nieuwe document zal hopelijk goede sturing geven aan het actualiseren van het curriculum op het terrein van informatievaardigheden.
Na enige drafts is nu sinds 17 juni de laatste revised ACRL draft Framework for Information Literacy for Higher Education beschikbaar voor commentaar, waarna het definitieve document in september zal uitkomen.
Bijzonder is dat het nieuwe document met normen niet meer een simpele lange lijst is van zaken die een student moet kunnen en weten maar er van uit gaat dat informatievaardigheid iets is dat moet groeien gedurende een hele opleiding en dat het zeker ook niet het exclusieve terrein of de exclusieve verantwoordelijkheid is van bibliotheken.
De nieuwe normen worden samengevat in 6 zogenaamde frameworks, waarbij het rapport vervolgens vaardigheden, leerhoudingen (dispositions) en lesvoorbeelden geeft. Die zes frameworks kunnen ook worden gezien als inzichten die op een bepaald moment de manier waarop een student tegen de zaken aankijkt blijvend veranderen. Dit is het idee van zogenaamde threshold concepts, dat overigens niet onomstreden is, blijkens een post van Lane Wilkinson.
De zes frameworks zijn:
- Scholarship is a Conversation: wetenschap is een gesprek over ideeën in bronnen waarbij inzicht ontstaat door botsende perspectieven en interpretaties.
- Research as Inquiry: onderzoek is iteratief; een antwoord leidt altijd naar een nieuwe vraag; inzicht komt door steeds diepergaande vragen te stellen en daarbij horende bronnen te vinden.
- Authority is Constructed and Contextual: het gezag van bronnen is gebaseerd op hun herkomst, maar kan ook verschillen naar gelang de context waarin deze gebruikt worden; hierbij is een kritische houding nodig en erkenning dat dat gezag altijd omstreden is en verandert in de loop der tijd.
- Format as a Process: het gaat niet zozeer om de verschijningsvorm van de informatie maar om hoe deze tot stand komt, met welk doel en hoe de verspreiding plaatsvindt.
- Searching as Exploration: er is geen ‘one size fits all’, zoeken is iteratief en niet-liniair, vraagt een systematische benadering maar ook het toelaten van serendipiteit.
- Information has Value: waarde en gezag van informatie verschilt per bron en toepassing, en de waarde van informatie maakt dat je er op ethisch verantwoorde wijze mee om moet gaan.
Toen ik deze frameworks of concepten onlangs als experiment met toelichting voorlegde aan een groep eerstejaars studenten vonden zij ze niet vreemd. Het leek goed aan te sluiten bij hun beleving van het Wilde Westen van het informatielandschap waarin zij zich dagelijks staande moeten houden. Hooguit hadden zij verwacht dat in de wetenschap zaken wellicht overzichtelijker en hiërarchischer zouden zijn.
Anderzijds zijn de concepten redelijk vaag en betwistbaar. In hoeverre het definitieve rapport met deze frameworks een directe leidraad kan zijn bij het vormgeven van onderwijs op dit terrein valt nog te bezien. Inspirerend is het in elk geval wel. In de afdeling I&M van de UBU zijn de kernen Onderwijs en LibGuides hier naar aan het kijken en in ons project Partnership Informatievaardigheden bedenken we hoe deze veranderingen onze onderwijsrol beïnvloeden en op welke punten we samen met de opleidingen informatievaardighedenonderwijs verder kunnen verbeteren.
[Update 20141119: het bleek toch niet de laatste draft van de ACRL te zijn. Het vele commentaar noopte tot nog een derde draft, beschikbaar gekomen op 12 november 2014. Daarin zijn er nog steeds de zes threshold concepts (“frameworks”), maar die zijn deels anders genoemd en hebben een aangepaste toelichting en uitwerking, naast andere wijziginingen.] [Update 20150209: de finale versie van 16 januari 2015 ligt nu ter goedkeuring bij het ACRL bestuur]
Hoi Jeroen,
Voor mijn eigen onderzoek ben ik de tweede draft nog eens helemaal aan het doorakkeren. Hierbij een korte reactie op jouw eigen constateringen.
Terwijl de normen uit 2000 heldere eindtermen beschrijven, dienen onderwijsontwikkelaars deze met dit Framework in de hand nu zelf te formuleren en vast te stellen. In die zin zijn de frames geen ‘normen’ maar hooguit vergezichten die veel minder houvast bieden. Niet voor niets vallen de auteurs van het framework sterk terug op het onderzoek van bijvoorbeeld Bruce en Limberg waarin benadrukt wordt dat mensen heel verschillende belevingen hebben bij een en hetzelfde begrip of ‘construct’.
Ook vraag ik me af of de buitenwereld (een faculteit of een opleiding) wel gediend is met zo’n toch wel vaag verhaal uit de bibliotheek. Wat dat laatste betreft valt het mij op dat in het framework inderdaad wordt bepleit dat de dialoog met de opleidingen wordt gezocht maar dat het framework zelf opnieuw een document is dat voor de bibliotheekwereld is geschreven.
Mijn eigen voorlopige conclusie: voor mijn onderzoek naar manieren om informatievaardigheden in het hoger onderwijs te toetsen, is het nieuwe framework weinig informatief. Voorlopig zullen de oude normen nog wel richtinggevend zijn voor de vormgeving van onderwijs en toetsing van informatievaardigheden.
En nog een kleine toevoeging: het was altijd al zo dat opleidingen en faculteiten ook aan die normen een eigen invulling konden geven, als zij dat wilden.